|
|
\require{AMSmath}
Lettervormen, eentermen en veeltermen
Ik versta de volgende oefeningen niet kunt u me daarbij helpen a.u.b?
24k+12k-2k= 5ab·-3/2a2= (x+5)2= Ontbinden in factoren: 21x2-14ax=
Thibau
2de graad ASO - zaterdag 17 september 2011
Antwoord
Bij 24k+12k-2k gaat het om gelijksoortige termen. Gelijksoortige termen kan je optellen:
24k+12k-2k=34k
Bij 5ab·-3/2a2 gaat het om een vermenigvuldiging. Vermenigvuldig de getallen met getallen en de variabelen met dezelfde variabelen:
5ab·-3/2a2=$-$15/2a3b
Bij (x+5)2 gaat het om het kwadraat van een tweeterm. Misschien heb je wel 's gehoord van merkwaardige producten. In dit geval kan je dan meteen schrijven:
(x+2)2=x2+4x+4
...of als je dat nog niet wist:
(x+2)2=(x+2)(x+2)=x2+2x+2x+4=x2+4x+4
De opdracht 'ontbinden in factoren' betekent dat je een zo groot mogelijk gemeenschappelijk factor buiten de haakjes haalt. Bij 21x2-14ax is dat de factor '7' en de factor 'x':
21x2-14ax=7x(3x-2a)
Je kunt zo'n ontbinding altijd gemakkelijk controleren door de haakjes weer weg te werken. Dus van rechts naar links, zullen we maar zeggen...
|
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
zaterdag 17 september 2011
|
|
home |
vandaag |
bijzonder |
gastenboek |
statistieken |
wie is wie? |
verhalen |
colofon
©2001-2024 WisFaq - versie 3
|