De digitale vraagbaak voor het wiskundeonderwijs

home |  vandaag |  gisteren |  bijzonder |  gastenboek |  wie is wie? |  verhalen |  contact

HOME

samengevat
vragen bekijken
een vraag stellen
hulpjes
zoeken
FAQ
links
twitter
boeken
help

inloggen

colofon

  \require{AMSmath} Printen

Bewijs

Ik zit vast bij de volgende opgave:

Als x+y+z=$\pi$/2, bewijs dan:

tg x.tg y + tg y.tg z + tg z.tg x = 1

Mij lijkt het eenvoudigste als je in het linker lid begint en x vervangt door $\pi$/2-(y+z). Maar dan??

Alvast bedankt

Rob
3de graad ASO - zaterdag 27 september 2003

Antwoord

Gebruik het feit dat, als A + B = 1/2$\pi$, tanA = 1/tanB
Dit is dan dus ook te schrijven als tanA = 1/tan(1/2$\pi$-A)

Op grond van het bovenstaande krijg je dan: tanz = 1/tan(x+y)

Neem nu de twee laatste termen van je te bewijzen formule samen, d.w.z. tanz.(tanx + tany), ofwel 1/tan(x+y).(tanx+tany)

De formule tan(x+y) = (tanx + tany)/(1 - tanx.tany) kun je ook schrijven als 1/tan(x+y) = (1 - tanx.tany)/(tanx+tany)

Met deze voorbereidende stappen kom je er nu wel uit, denk ik.

MBL
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
zaterdag 27 september 2003



home |  vandaag |  bijzonder |  gastenboek |  statistieken |  wie is wie? |  verhalen |  colofon

©2001-2024 WisFaq - versie 3