Re: Aantonen Formules
Dag, ik heb nog enkele vragen. Dus bij T=2p, kom ik voor B0= (1/p) · ( integraal (0 onder en p boven) van (-f(t+p))dt+ integraal (p onder en 2p boven) van (-f(t+p))dt) en als An = (2/T) · integraal (T boven en 0 onder) van (f(t)·sin(nωt))dt is dan A2n = (2/T) · integraal (T boven en 0 onder) van (f(t)·sin(2nωt))dt. Als is dit gebruik kom ik voor A2n = (1/p)· ( integraal (0 onder en \pi boven) van (-f(t+\pi)· sin (2nt))dt + ( integraal (\pi onder en 2\pi boven) van (-f(t+\pi)· sin (2nt))dt) klopt dit? en hoe kom ik dan aan 0? Alvast bedankt.
bart
Overige TSO-BSO - woensdag 22 november 2006
Antwoord
Bij het splitsen schrijf je eerst int(f(t),t=0..\pi)+int(f(t),t=\pi..2\pi). Dan verander je de tweede term in int(f(t+\pi),t=0..\pi) (substitutie); dan gebruik je het gegeven dat f(t+\pi)=-f(t) en je krijgt als tweede term: -int(f(t),t=0..\pi). Iets dergelijks krijg je bij de andere integralen: de tweede term wordt dan, bij de An bijvoorbeeld, int(f(t+\pi)·sin(n(t+\pi)),t=0..\pi). Dan gebruik je weer het gegeven en het feit dat sin(n(t+\pi))=sin(nt+n\pi)=(-1)nsin(nt) om de twee deelintegralen met elkaar te vergelijken.
kphart
vrijdag 24 november 2006
©2001-2025 WisFaq
|