Algebra

Analyse

Bewijzen

De grafische rekenmachine

Discrete wiskunde

Fundamenten

Meetkunde

Oppervlakte en inhoud

Rekenen

Schoolwiskunde

Statistiek en kansrekenen

Telproblemen

Toegepaste wiskunde

Van alles en nog wat


\require{AMSmath}

 Dit is een reactie op vraag 73652 

Re: Re: Re: Cirkel

Beste Lieke

Ik weet dat het misschien zagerig overkomt maar zou je eventueel alles stap voor stap kunnen uitleggen met de berekeningen, want ik snap niet echt hoe je aan bepaalde zaken komt... bvb wat is O in je uitleggen?

Ik zou u eeuwig dankbaar zijn indien u mij een oplossing op dit vraagstuk zou kunnen geven, normaal gezien zou het rond de 3 moeten uitkomen voor de lengte van AC ;)

Alvast bedankt voor de moeite!

Thomas
Student Hoger Onderwijs België - dinsdag 12 augustus 2014

Antwoord

Dag Thomas,
O is het oppervalk van de te construeren driehoek.
Met AB·BC·AC=4R·O en R=4 vindt je: 35·AC=16·O.
En 2·O=h·AC, met h=hoogte driehoek vanuit B.
Dat geeft 35·AC=8·h·AC, dus h=35/8.
Met D, het snijpunt van h met AC krijg je:
AD2=25-h2 en CD2=49-h2.
Dan moet het toch lukken om AD+CD=AC te berekenen. Het antwoord is ongeveer 7,885 of ongeveer 3,0.
Lukt dat en begrijp je het?
Groeten,
Lieke.

ldr
woensdag 13 augustus 2014

©2001-2024 WisFaq