Algebra

Analyse

Bewijzen

De grafische rekenmachine

Discrete wiskunde

Fundamenten

Meetkunde

Oppervlakte en inhoud

Rekenen

Schoolwiskunde

Statistiek en kansrekenen

Telproblemen

Toegepaste wiskunde

Van alles en nog wat


\require{AMSmath}

 Dit is een reactie op vraag 58985 

Re: Lengte van de grafiek

Dan moet je toch deze formule gebruiken?

L = aòb Ö(1+ (f(x))2) dx

a = 0
b = 20

f'(x)= 10 - 1/2t
(f'(x))2 = (10-1/2t)(10-1/2t) = 100-10t+1/4t2

De integraal wordt dus
L = 0ò20 Ö (1+ 100-10t+1/4t2) dt

als dit allemaal goed is, dan heb ik 't misschien fout ingetoetst op m'n GR, maar dat heb ik ook al een paar keer gecontroleerd ...

Céline
Leerling bovenbouw havo-vwo - dinsdag 14 april 2009

Antwoord

Beste Céline,

Er is niet de booglengte (lengte van de kromme) gevraagd, maar de afgelegde weg. Dat is misschien meer fysica dan wiskunde, maar de afgelegde weg s(t) vind je door de snelheid v(t) te integreren, over het gewenste tijdsinterval.

mvg,
Tom

td
dinsdag 14 april 2009

 Re: Re: Lengte van de grafiek 

©2001-2024 WisFaq