|
|
\require{AMSmath}
Notatie kansdichtheid
Beste
Ik ben heel erg in de war door de gebruikte notatie in mijn cursus statistiek. Voornamelijk het subscript bij een kansdichtheid bezorgt me kopzorgen. Zo is er fy(y), fy(x), fx(y) en fx(x). Wanneer gebruikt men welk subscript? Het lineaire verband, fy(aX+b) = 1/abs(a) fx((y-b)/a) is me bekend, maar toch slaag ik er vaak niet in om het juiste subscript en bijhorende variabele te gebruiken. Het zou uitermate handig zijn mocht u het eens wat duidelijker kunnen maken!
Alvast bedankt
Amelie
Student universiteit - donderdag 26 december 2019
Antwoord
Het is volgens mij niet ingewikkelder dan: $f_X$ hoort bij de stochast $X$ en $f_Y$ hoort bij de stochast $Y$ (let op de hoofdletters). Je voorbeeld is niet goed opgeschreven: als $Y=aX+b$ dan moet er $f_Y(y)=\frac1{|a|}f_X(\frac1a(y-b))$ staan.
kphart
|
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
donderdag 26 december 2019
|
|
home |
vandaag |
bijzonder |
gastenboek |
statistieken |
wie is wie? |
verhalen |
colofon
©2001-2024 WisFaq - versie 3
|