|
|
\require{AMSmath}
Eigenwaarde
Zij V een eindigdimensionale vectorruimte en L:V-$\to$ V een lineaire afbeelding. Kies een willekeurige basis voor V en zij A de matrixvoorstelling van L t.o.v. die basis. Dan geldt: ß is een eigenwaarde van L $\leftrightarrow$ ß is een eigenwaarde van A. Bewijs dit?
Nu is mijn vraag hoe ik hier juist aan moet beginnen?
Kirste
Student universiteit België - vrijdag 31 mei 2013
Antwoord
Ik zou met drie dingen beginnen: 1. de definitie van eigenwaarde van een lineaire afbeelding: $\lambda$ is een eigenwaarde van $L$ als een vector $x\neq0$ bestaat met $L(x) = \lambda x$. 2. De definitie van eigenwaarde van een (vierkante) matrix: $\lambda$ is een eigenwaarde van een $n\times n$-matrix $A$ als een kolomvector $y\neq0$ in $\mathbb{R}^n$ bestaat met $Ay=\lambda y$. 3. De definitie van `matrixvoorstelling ten opzichte van een basis $B$': als $y$ de coördinaatvector van $x$ ten opzichte van $B$ is dan is $Ay$ gelijk aan de coördinaatvector van $L(x)$. Als je deze drie dingen combineert dan zul je zien dat $x$ een eigenvector van $L$ bij eigenwaarde $\lambda$ dan en slechts dan als $y$ een eigenvector van de matrix $A$ (die bij $L$ hoort) is bij eigenwaarde $\lambda$.
kphart
|
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
maandag 3 juni 2013
|
|
home |
vandaag |
bijzonder |
gastenboek |
statistieken |
wie is wie? |
verhalen |
colofon
©2001-2024 WisFaq - versie 3
|