De digitale vraagbaak voor het wiskundeonderwijs

home |  vandaag |  gisteren |  bijzonder |  gastenboek |  wie is wie? |  verhalen |  contact

HOME

samengevat
vragen bekijken
een vraag stellen
hulpjes
zoeken
FAQ
links
twitter
boeken
help

inloggen

colofon

  \require{AMSmath} Printen

Zitplaatsen op een tribune

Op een tribune zijn 100 zitplaatsen 1e rang en 20 zitplaatsen 2e rang. Als alle plaatsen bezet zijn, ontvangt men f 400,00. Verhoogt men de prijs van de duurste plaatsen met 205 en van de andere met 105, dan ontvangt men f 455,00.
  • Hoeveel kost een plaats van elke rang?
100x+20y=400
Hoe verder?
(100x+205)+(20y+105)=455
Dit gaat toch niet!

klBoon
Ouder - maandag 14 december 2020

Antwoord

Het gaat inderdaad niet, maar het gaat mis met de prijsverhoging. Je zegt niet wat de 205 en 105 voorstellen.

De normale prijzen zijn niet al te hoog: $x$ kan na verhoging niet meer dan $4{,}55$ zijn en $y$ dan ook niet (als tweede rang goedkoper is dan eerste rang). Dat betekent dat die 205 niet een prijs per plaats is; het is ook niet de totale verhoging, dat klopt.

Is het misschien een procentuele verhoging? Of een factor waar de prijzen mee worden vermenigvuldigd?

Toevoeging Deze vraag komt uit een oud Mulo-A-examen. Hoogstwaarschijnlijk moet er $20\%$ en $10\%$ gelezen worden in plaats van $205$ en $105$ (de % staat boven de 5).

In dat geval komen er twee vergelijkingen met twee onbekenden: $100x+20y=400$ en $100(x+\frac15x)+20(y+\frac1{10}y)=455$ ofwel $120x+22y=455$. Die laten zich eenvoudig oplossen.

kphart
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
maandag 14 december 2020



home |  vandaag |  bijzonder |  gastenboek |  statistieken |  wie is wie? |  verhalen |  colofon

©2001-2024 WisFaq - versie 3