|
|
\require{AMSmath}
Examenopgave mbo 78-79 (2)
Ik heb hier en daar wat verschillen) met het model bij de volgen de examenopgave: (ruimte voor verbeteringen op of aanmerkingen zijn welkom)
Ten opzichte van een rechthoekig assenstelsel Oxyz zijn gegeven de punten A (4,-4,0), B(4,4,0), C (-4,4,0) en T (0,0,6). E is het midden van AT.- Teken de piramide T·ABCD.
- Bepaal een vectorvoorstelling van vlak TAB.
Ik heb (-4,-4,0)+l(0,1,0)+m(-4,8,6). Model heeft:(0,0,6)+l(2,2,-3) - Bepaal de vergelijking van vlak TDC
Hier heb ik geen verschil met het model: 3x-2z+12=0 - Bepaal een vectorvoorstelling van een vlak $\alpha$ door E, zodanig dat vlak $\alpha$ evenwijdig is met vlak TDC.
Hier heb ik een steunvector meer: (-2,-2,3)+r(2,2,3)+s(0,1,0) model geeft e(2,2,3)+w(-2,2,-3). - Bepaal een vectorvoorstelling van de snijlijn van vlak $\alpha$ en vlak TAB:
Ik heb (12,0,6)+l(10,15,15).(zie mijn uitwerking) Het model geeft:(2,0,3)+l(0,1,0). - Bereken de hoek van de vlakken TAB en TDC.
Ik heb een klein verschil ik zelf heb $\Phi$=0,36$\pi$ model geeft $\Phi$=0,37$\pi$ Ik heb ook mijn hele uitwerking opgestuurd.
mboudd
Leerling mbo - woensdag 8 april 2020
Antwoord
a.
b. Dat model kan niet kloppen. Voor een vlak heb je in ieder geval twee richtingsvectoren nodig. Ik denk dat dit bedoeld was:
$ TAB:\left( {\matrix{ x \cr y \cr z \cr
} } \right) = \left( {\matrix{ 0 \cr 0 \cr 6 \cr
} } \right) + \lambda \left( {\matrix{ 2 \cr { - 2} \cr { - 3} \cr
} } \right) + \mu \left( {\matrix{ 2 \cr 2 \cr { - 3} \cr
} } \right) $
c. Ok
d. Je weet dat $\alpha$ evenwijdig is aan TDC.
$ \eqalign{ & E(2, - 2,3) \cr & \alpha //TDC \cr & \alpha :3x - 2z + d = 0 \cr & 3 \cdot 2 - 2 \cdot 3 + d = 0 \cr & d = 0 \cr & \alpha :3x - 2z = 0 \cr & O(0,0,0) \in \alpha \cr} $
Ik weet dus al dat $O$ in het vlak $\alpha$ ligt. De vectorvoorstelling wordt dan (op de steunvector na) hetzelfde als die van het vlak TDC.
$ \alpha :\left( {\matrix{ x \cr y \cr z \cr
} } \right) = \rho \left( {\matrix{ 2 \cr 2 \cr 3 \cr
} } \right) + \tau \left( {\matrix{ 2 \cr { - 2} \cr 3 \cr
} } \right) $
e. De normaalvectoren van de twee vlakken staan loodrecht op de snijlijn. Je krijgt:
$ \eqalign{ & \overrightarrow n _{TAB} = \left( {\matrix{ 3 \cr 0 \cr 2 \cr
} } \right) \cr & \overrightarrow n _\alpha = \left( {\matrix{ 3 \cr 0 \cr { - 2} \cr
} } \right) \cr & \overrightarrow v _{snijlijn} = \left( {\matrix{ a \cr b \cr c \cr
} } \right) \cr & \left( {\matrix{ 3 \cr 0 \cr 2 \cr
} } \right) \cdot \left( {\matrix{ a \cr b \cr c \cr
} } \right) = 0 \Rightarrow 3a + 2c = 0 \cr & \left( {\matrix{ 3 \cr 0 \cr { - 2} \cr
} } \right) \cdot \left( {\matrix{ a \cr b \cr c \cr
} } \right) = 0 \Rightarrow 3a - 2c = 0 \cr & a = 0\,\,en\,\,c = 0 \cr & \overrightarrow v _{snijlijn} = \left( {\matrix{ 0 \cr 1 \cr 0 \cr
} } \right) \cr} $
Nu moet je alleen nog een steunvector zoeken. Ik denk er nog over na...
f. Volgens mij moet het inderdaad $ \phi \approx {\rm{0}}{\rm{,37}}\pi $ zijn.
$ \eqalign{ & \overrightarrow n _{TAB} = \left( {\matrix{ 3 \cr 0 \cr 2 \cr
} } \right) \cr & \overrightarrow n _{TDC} = \left( {\matrix{ 3 \cr 0 \cr { - 2} \cr
} } \right) \cr & \cos \phi = {{\left| {\left( {\matrix{ 3 \cr 0 \cr 2 \cr
} } \right) \cdot \left( {\matrix{ 3 \cr 0 \cr { - 2} \cr
} } \right)} \right|} \over {\left| {\left( {\matrix{ 3 \cr 0 \cr 2 \cr
} } \right)} \right| \cdot \left| {\left( {\matrix{ 3 \cr 0 \cr { - 2} \cr
} } \right)} \right|}} = {5 \over {13}} \cr & \phi \approx {\rm{0}}{\rm{,37}}\pi \cr} $
Je vergelijking voor TAB klopt niet!
Naschrift De vergelijking van TAB:
$ \begin{array}{l} TAB:\left( {\begin{array}{*{20}c} x \\ y \\ z \\ \end{array}} \right) = \left( {\begin{array}{*{20}c} 0 \\ 0 \\ 6 \\ \end{array}} \right) + \lambda \left( {\begin{array}{*{20}c} 2 \\ { - 2} \\ { - 3} \\ \end{array}} \right) + \mu \left( {\begin{array}{*{20}c} 2 \\ 2 \\ { - 3} \\ \end{array}} \right) \\ \left\{ \begin{array}{l} x = 2\lambda + 2\mu \\ y = - 2\lambda + 2\mu \\ z = 6 - 3\lambda - 3\mu \\ \end{array} \right. \\ \left\{ \begin{array}{l} 3x = 6\lambda + 6\mu \\ y = - 2\lambda + 2\mu \\ 2z = 12 - 6\lambda - 6\mu \\ \end{array} \right. \\ (1) + (3) \\ 3x + 2z = 12 \\ 3x + 2z - 12 = 0 \\ \end{array} $
|
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
donderdag 9 april 2020
|
|
home |
vandaag |
bijzonder |
gastenboek |
statistieken |
wie is wie? |
verhalen |
colofon
©2001-2024 WisFaq - versie 3
|