WisFaq!

De digitale vraagbaak voor het wiskundeonderwijs

HOME

samengevat

\require{AMSmath}

Eerste graadsvergelijkingen

Bij een rechthoek is de lengte het dubbel van de breedte. de opp wijzigt niet als we de lengte met 3cm verminderen en de breedte met 4cm vermeerderen. bepaal de oppervlakte.
babett
1ste graad ASO-TSO-BSO - maandag 24 maart 2003

Antwoord

Hoi,

Noem de breedte x en de lengte 2x
Dan wordt het dus:

(x+4)·(2x-3)= 2x·x
2x²-3x+8x-12 = 2x²
5x-12 = 0
x = 2,4
2x= 4,8

Nu dus nog controleren of:
2,4 · 4,8
gelijk is aan:
(2,4 + 4)·(4,8 - 3)

...en we zijn er weer uit.

Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
maandag 24 maart 2003