De digitale vraagbaak voor het wiskundeonderwijshome | vandaag | gisteren | bijzonder | gastenboek | wie is wie? | verhalen | contact |
|||||||||||||||||||
|
\require{AMSmath}
Re: Vierkantsvergelijkingen
Hoe bent u juist op 22 gekomen bij het tweede vraag? AntwoordJe kunt de vergelijking $n^2-(\frac{1}{2}n+1)^2=340$ oplossen! Probeer maar. n=22 is een oplossing.
home | vandaag | bijzonder | gastenboek | statistieken | wie is wie? | verhalen | colofon ©2001-2024 WisFaq - versie 3
|