|
|
\require{AMSmath}
Limieten
Hoe bewijs ik de productregel voor limieten. ( de som en verschil zijn vrij eenvoudig mbv driehoeksongelijkheid) mvg
Roland
Student universiteit - zaterdag 11 december 2010
Antwoord
Als je uitgaat van Limf(x) = L en Limg(x) = M (steeds in de onderstelling dat x ®a, wat ik vanaf hier verder weglaat), dan moeten we bij een gegeven e0 een d0 vinden , zo dat |f(x).g(x) - L.M|e zodra 0|x-a|d. Schrijf |f(x).g(x) - L.M| als |f(x).g(x) - L.g(x) + L.g(x) - L.M| en daarmee komt de driehoeksongelijkheid in beeld. Je krijgt: |f(x).g(x) - L.M| = |{f(x)-L}.g(x) + L.{g(x) - M}| |{f(x) - L}.g(x)| + |L.{g(x) - M}| = |f(x) -L|.|g(x)| + |L|.|g(x) - M|. Nu probeer je om elk van de twee termen aan de rechterkant kleiner dan 1/2e te krijgen zodra 0|x-a|d. Omdat Limg(x) = M, is er een positieve d1 te vinden zodat |g(x) - M| e/2(1+|L|) wanneer 0|x-a|d1 Maar er is ook een positieve d2 te vinden zó dat wanneer 0|x-a|d2 geldt dat |g(x) - M| 1. Dan is |g(x)| = |g(x) - M + M| |g(x) - M | + |M| 1 + |M| Uit het gegeven dat Limf(x) = L volgt dat je een positieve d3 kunt vinden waarvoor geldt dat |f(x) - L| e/2(1+|M|) als 0|x-a|d3. Als je nu van de drie delta's de kleinste neemt en die verder d noemt, dan heb je zodra 0|x-a|d dat |f(x).g(x) - L.M| e/2(1+|M|).(1+|M|) + |L|. e/2(1+|L|) 1/2e + 1/2e = e waarmee de zaak rond is.
MBL
|
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
maandag 13 december 2010
|
|
home |
vandaag |
bijzonder |
gastenboek |
statistieken |
wie is wie? |
verhalen |
colofon
©2001-2024 WisFaq - versie 3
|