|
|
\require{AMSmath}
Algebraïsch bewijs Sk
S(k) is de som van een rij machten:1^k + 2^k +...+(n-1^k +
n^k. [onder het sommatieteken staat: i=1; boven het teken k+1 k+1 staat n]. Nu geldt dat: (n+1)^k+1 = ( )S(k)+( )S(k-1)+ 1 2 k+1 .....+( )s(0)+ 1. Wat is hiervoor het algebraïsch bewijs? k+1
Bij voorbaat mijn dank
R. Suy
Student hbo - dinsdag 10 mei 2005
Antwoord
Beste R. Als we voor k+1 boven j schrijven C(k+1,j)is het rechterlid te schrijven als 1+åC(k+1,j)S(k+1-j),j loopt van 1 naar k+1.Nu is S(k+1-j)=åi^(k+1-j),i loopt van 1 naar n.Dit vullen we in en we verwisselen de sommatie volgorde.Dus eerst sommeren over j.Dit geeft: åC(k+1,j)i^(k+1-j),j loopt van 1 naar k+1.Als j loopt van 0 naar k+1 is de som gelijk aan (1+i)^(k+1). De som is dus gelijk aan (1+i)^(k+1)-i^(k+1).Nu sommeren over de i en dan zie je dat (1+n)^(k+1)overblijft. Groetend,
kn
|
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
woensdag 11 mei 2005
|
|
home |
vandaag |
bijzonder |
gastenboek |
statistieken |
wie is wie? |
verhalen |
colofon
©2001-2024 WisFaq - versie 3
|