|
|
\require{AMSmath}
Nogmaals een som waar ik totaal niet uitkom Complex is echt moeilijk!
z3=(6,8+j4)
Imco W
Student hbo - maandag 4 april 2005
Antwoord
Ik vervang de j door de imaginaire eenheid i. Dan staat er z3 = 6,8 + 4i (als je wat anders bedoelde, reageer dan even). Stel z = r(cos(j) + isin(j)) dan moet gelden dat z3 = r3(cos(3j) + isin(3j)) [de Moivre]. Laten we 6,8 + 4i eens herschrijven in diezelfde vorm. De lengte van de vector in het vlak van Gauß is te berekenen m.b.v. stelling van Pythagoras. Dus r is Ö((6,8)2 + 42) = 2/5Ö(389). De hoek j wordt berekend d.m.v. arctan(4/6,8) 0,5317240672. Dus 6,8 + 4i = 2/5Ö(389)·(cos(arctan(10/17)) + isin(arctan(10/17))). Dan moet gelden dat r3(cos(3j) + isin(3j)) = 2/5Ö(389)·(cos(arctan(10/17)) + isin(arctan(10/17))). Ofwel r3 = 2/5Ö(389) en cos(3j) = cos(arctan(10/17)) en sin(3j) = sin(arctan(10/17)). Kun je 't nu zelf afmaken? Als je vast komt te zitten, reageer dan even.
|
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
maandag 4 april 2005
|
|
home |
vandaag |
bijzonder |
gastenboek |
statistieken |
wie is wie? |
verhalen |
colofon
©2001-2024 WisFaq - versie 3
|