De digitale vraagbaak voor het wiskundeonderwijshome | vandaag | gisteren | bijzonder | gastenboek | wie is wie? | verhalen | contact |
||||||||||||||||||
|
\require{AMSmath}
Tweetal natuurlijke getallenIk heb nog een bewering waar ik echt niet uitkom nl deze: AntwoordHet quotient van n·(n-1)·(n-2)·...·(n-k+1) en k! is de binomiaalcoefficient C(n,k) (``n over k''). Door netjes uit te schrijven kun je laten zien dat C(n+1,k)=C(n,k)+C(n,k-1); verder geldt altijd C(n,0)=C(n,n). Nu kun je stap voor stap bewijzen dat C(n,k) altijd geheel is: C(2,1)=C(1,1)+C(1,0)=1+1=2, C(3,1)=C(2,1)+C(2,0)=2+1=3, enzovoort. Maar het feit dat C(n,k) geheel is betekent dat n·(n-1)·(n-2)·...·(n-k+1) deelbaar is door k!.
home | vandaag | bijzonder | gastenboek | statistieken | wie is wie? | verhalen | colofon ©2001-2024 WisFaq - versie 3
|