De digitale vraagbaak voor het wiskundeonderwijs

home |  vandaag |  gisteren |  bijzonder |  gastenboek |  wie is wie? |  verhalen |  contact

HOME

samengevat
vragen bekijken
een vraag stellen
hulpjes
zoeken
FAQ
links
twitter
boeken
help

inloggen

colofon

  \require{AMSmath} Printen

Implicatie in verzamelingennotatie

Beste lezer,

In een dictaat over Discrete Wiskunde staat de volgende opdracht:

(Er is een symbool voor de verzameling van alle deelverzamelingen van een verzameling. Deze ziet er uit als een hoofdletter P, die iets cursief staat. Ik schrijf dit symbool als 'P'.)

=====

Schrijf de volgende verzameling in de vorm {a1, a2, a3, ...}:

{V Î P{1,2,3} | (1 Î V ® 2 Î V) ® (2 Î V ® 3 Î V)}

=====

Het antwoord volgens het dictaat is:

{ø,{1},{3},{1,3},{2,3},{1,2,3}}

Ik begrijp niet hoe je aan dit antwoord komen moet. Hoe ga je te werk?

Wie kan me stapje voor stapje uitleggen hoe ik tot het antwoord komen moet?

Met vriendelijke groeten,

Frank ter Voorde

Frank
Student universiteit - maandag 16 augustus 2004

Antwoord

Een handige manier om zo'n probleem op te lossen is het maken van een waarheidstabel.
De waarheidstabel van ® (imp) is

Bestudeer eventueel: Propositielogica
We krijgen dan:

Uit deze waarheidstabel kun je dan het antwoord aflezen.

(P.S. i.v.m. beperkingen van het gebruikte tabelscript wijken notaties iets af, maar ik hoop dat het zo ook leesbaar is)

Wie is wie?
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
dinsdag 17 augustus 2004



home |  vandaag |  bijzonder |  gastenboek |  statistieken |  wie is wie? |  verhalen |  colofon

©2001-2024 WisFaq - versie 3