De digitale vraagbaak voor het wiskundeonderwijshome | vandaag | gisteren | bijzonder | gastenboek | wie is wie? | verhalen | contact |
||||||||||||||||||
|
\require{AMSmath}
VierkantsvergelijkingVolgens een opgave uit mijn leerstof moet de volgende vergelijking: 0,5(1·10Ù-2 -Y) · 0,5(8·10Ù-2 -y)=6·10Ù-5 te herleiden zijn tot: y2- 9·10Ù-2y +5.6·10Ù-4=0 AntwoordLaten we maar eens beginnen de hele zaak met 4 te vermenigvuldigen, dan verdwijnen die 0,5'en
home | vandaag | bijzonder | gastenboek | statistieken | wie is wie? | verhalen | colofon ©2001-2024 WisFaq - versie 3
|