|
|
\require{AMSmath}
Wortels vermenigvuldigen
hallo,
Ik heb 3 sommen die ik niet snap
1: 1/2Ö3 x 3Ö6 x 5Ö10
2: 23Ö-6 x 9Ö64
3: abÖabc x 4Öa2b3c4
liesje
Leerling bovenbouw havo-vwo - vrijdag 12 december 2003
Antwoord
Beste Liesje, Helemaal begrijpen wat je moet doen doe ik niet. Maar het belangrijkste is dat je bij wortels vermenigvuldigen je gebruik mag maken van: Ö(a)·Ö(b)=Ö(a·b) En algemeen bij vermenigvuldigen: a·b=b·a In jouw eerste opgave daarom: 1/2·Ö(3)·3·Ö(6)·5·Ö(10)= 1/2·3·5·Ö(3)·Ö(6)·Ö(10)= 1/2·3·5·Ö(3·6·10)= 71/2·Ö(180)= Ö(561/4)·Ö(180)= Ö(561/4·180)= Ö(10125) Opgave 2 Hier is het goed om te onthouden dat: yÖx = x1/y Ofwel: 2·3Ö(-6)·9Ö(64)= 2·3Ö(-6)·641/9= 2·3Ö(-6)·(641/3)1/3= 2·3Ö(-6)·3Ö(641/3)= 2·3Ö(-6)·3Ö(4)= 2·3Ö(-6·4)= 3Ö(8)·3Ö(-24)= 3Ö(8·(-24))= 3Ö(-192) De laatste mag je nu zelf weer proberen. M.v.g. Peter
|
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
vrijdag 12 december 2003
|
|
home |
vandaag |
bijzonder |
gastenboek |
statistieken |
wie is wie? |
verhalen |
colofon
©2001-2024 WisFaq - versie 3
|