|
|
\require{AMSmath}
Differentiëren
Ik ken alle sommen voor mijn toets alleen zijn er twee waar ik niet uit kan komen.
vr.1 Bepaal de afgeleide van f(x)= x·ln x-4/1+2x
vr.2 Bepaal de afgeleide van f(x)= (x2+3)·(x2-6x+7)6
Alvast bedankt voor de hulp.
BN
Bram N
Student hbo - woensdag 11 juni 2003
Antwoord
1)
dit is een breuk die je als volgt afleidt:
(f(x)/g(x))'= (g(x)·f'(x)-f(x)·g'(x)) / g(x)2 dus: ((x·ln x-4)/(1+2x))'=((1+2x)·(x·ln(x))'-(x·ln(x)·(1+2x)')/(1+2x)2
De vetgedrukte delen staan onder een accent en moeten nogmaals afgeleid worden met de kettingregel.
2) ((x2+3)·(x2-6x+7)6)' is een product. Dus eerst het eerste afleiden en het tweede laten staan en dan het tweede afleiden en het eerste laten staan. Beide delen optellen en verder uitrekenen.
(x2+3)'·(x2-6x+7)6 + (x2+3) · ((x2-6x+7)6)'
De vetgedrukte delen opnieuw verder afleiden met de kettingregel.
Koen Mahieu
|
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
woensdag 11 juni 2003
|
|
home |
vandaag |
bijzonder |
gastenboek |
statistieken |
wie is wie? |
verhalen |
colofon
©2001-2024 WisFaq - versie 3
|