Derdegraadsvergelijking met 3 onbekenden
a(a+b)(a+b+c)=11 Hoe groot is c? Ik ben gekomen tot dit: a3+2a2b+a2c+abc+ab2 = 11
STM
Leerling bovenbouw havo-vwo - woensdag 21 december 2016
Antwoord
a+b+c=11/(a(a+b)) c=11/(a(a+b)) - (a+b) Wanneer a, b en c reële getallen zijn, dan zijn er oneindig veel mogelijke waarden voor c denkbaar, afhankelijk van de waarden van a en b.
woensdag 21 december 2016
©2001-2024 WisFaq
|