Re: Logaritmische vergelijking en extreme waarden
Sorry maar ik blijf vraag 2 niet snappen. Als ik die punten invul krijg ik totaal andere uitkomsten. Maakt niet uit of ik het in de afgeleide doe of in de normale functie!
Nina
Student universiteit - maandag 21 september 2015
Antwoord
Het gaat om de functie $f(x)=-x^3+3x-3$ op het interval $(-3, 1)$. Je kunt eerst de 'randpunten' berekenen:
$f(-3)=-(-3)^3+3·-3-3=-(-27)-9-3=27-9-3=15$ $f(1)=-(1)^3+3·1-3=-1+3-3=-1$
De afgeleide
$f'(x)=-3x^2+3$
Op nul stellen geeft:
$-3x^2+3=0$ $3x^2-3=0$ $x^2-1=0$ $x^2=1$ $x=-1$ of $x=1$
Invullen in $f$ geeft: $f(-1)=-(-1)^3+3·-1-3=1+-3-3=-5$ $f(1)=-1$ (hadden we al)
Dus wat is dan het probleem precies?
PS Als je goed kijkt dan heb ik de punten niet ingevuld in de afgeleide maar bij het functievoorschrift van $f$.
maandag 21 september 2015
©2001-2024 WisFaq
|