Veeltermen
Ik zit vast bij de volgende uitdrukkingen:
Vraag 1 Zoek 2 veeltermen van de tweede graad in x, maar waarvan de som een veelterm van de eerste graad is. Ik denk: hier iets te doen met een - ?
Vraag 2 Geef een veelterm van de derde graad in a, de tweede graad in b en waarvan de graad 4 is. Ik denk: a3+a2 maar hier is de graad geen 4
Tim B.
2de graad ASO - zondag 11 januari 2015
Antwoord
Vraag 1 Je moet zorgen dat de kwadratische termen tegen elkaar wegvallen. Dus neem bijvoorbeeld:
x2+4x+3 en -x2+9x-11
De som geeft dan 13x-8
Vraag 2 Wat bedoel met graad 4? Dat er ook nog termen met x in staan? In dat geval krijg je (bijvoorbeeld) zoiets als:
3x4+6a3-7b2
Of zou er iets anders worden bedoeld?
zondag 11 januari 2015
©2001-2024 WisFaq
|