Vector algebra; de norm van het blok product
Allereerst weet ik niet of ik hier goed zit met mijn vraag, maar ik wist anders niet bij welke topic ik hem moest stellen de vraag is: Bereken van het blok dat wordt opgespannen door de vectoren a=(-1,1,-1) b=(3,4,7,) en c=(1,2,-8) De norm van een vector is de wortel van de punten x,y,z van de vector. Ik weet dat het volume benaderd kan worden met de norm van het blokproduct. Dit houd in de norm van: a· (uitwendig product b en c) Dit is dus de norm van: a· (b x c) Achter in mijn boek staat dat het antwoord 75 is. Ik krijge er echter 59.70 uit Kan iemand mij helpen. Voorbaat dank Jeffrey
jeffre
Student hbo - dinsdag 2 oktober 2007
Antwoord
beste jeffrey, het vectorieel product tussen 2 vectoren, daarvoor reken je de determinant uit, in de eerste kolom zet je de coördinaten van de vector b, in de 2e deze van c, in de derde kolom zet je allemaal 1-tjes, (die de basisvectoren ex, ey , ez voorstellen. Als je dit allemaal juist hebt uitgewerkt, krijg je een vector, we noemen deze "h" nu reken je het scalaire product uit tussen a en h : volume = ( -1 1 -1 ) . ( -46 31 2 )t volume = 46 +31 -2 = 75 winny
wk
dinsdag 2 oktober 2007
©2001-2024 WisFaq
|