Lagrange interpolatie
Ik heb meerdere sites zitten te bekijken en snap geen moer van de lagrange interpolatie.
Ik heb een zeer simpele opgave gekregen: bepaal m.b.v lagrange de sin(0.2) als gegeven is: sin(0)=0 sin(1/6$\pi$)=1/2 sin([1/3$\pi$)=1/2√3 sin(1/2$\pi$)=1
Kan iemand mij op weg helpen met de lagrange formule en de rest term.
B.V.D
J.P. v
Student hbo - donderdag 5 mei 2005
Antwoord
Wat de bedoeling is, is om de sinus functie in de buurt van 0.2 te benaderen door een veelterm. Aangezien je 4 waarden van de sinus gegeven hebt, kan je 4 onbekende coëfficiënten bepalen (4 vrijheidsgraden worden tenietgedaan door 4 voorwaarden). je kan dus een derdegraadspolynoom (veelterm) maken.
We nemen p(x)=ax3+bx2+cx+d En de 4 punten die gegeven zijn moeten daarop liggen. Dus: p(0)=0 p($\pi$/6)=1/2 p($\pi$/3)=√(3)/2 p($\pi$/2)=1
$\Rightarrow$
d=0 a$\pi$3/216+b$\pi$2/36+c$\pi$/6+d = 1/2 a$\pi$3/8+b$\pi$2/4+c$\pi$/2+d = 1 a$\pi$3/27+b$\pi$2/9+c$\pi$/3+d = √(3)/2
En hieruit kan je halen dat
c = -1/2(-22+9√(3))/$\pi$, b = 9(-7+4√(3))/$\pi$2, a = -18(-5+3√(3))/$\pi$3, d = 0
Je hebt nu je coëfficiënten van je polynoom.
Nu kan je p(0.2) berekenen en dat geeft een goede benadering van sin(0.2)
Koen
Zie Lagrange Interpolatie
donderdag 5 mei 2005
©2001-2024 WisFaq
|