Gegeven is de relatie:
a. druk m uit in de overige grootheden.
b. druk h uit in de overige grootheden.
Ik heb geen idee hoe ik dit moet oplossen.
Bijvoorbeeld 6/2=3 als ik dan de 6 verplaats dan wordt het 6=2×3. Zoiets zou het moeten worden aleen dan met(voor mij onbegrijpelijke) letters.
mikey
Leerling bovenbouw havo-vwo - zondag 24 oktober 2004