Wortel functies primitiveren
Ik zit al aardig lang op deze twee functies die ik moet primitieveren te puzzelen, maar kom er echt niet uit.
$\int{}$dx/(1-x2)3/2
en
$\int{}$√(1+x)/(1-x)
Die tweede komt me bekekend voor, maar kan er toch niets van maken. Alvast bedankt.
J. Ver
Student universiteit - zondag 17 oktober 2004
Antwoord
Stel in de eerste functie x = cos(t), zodat √(1-x2) = sin(t) en dx = -sin(t).dt
De primitieve functie wordt dan cotan(t) = x/√(1-x2)
In de tweede functie stel je √(1+x)/(1-x) = √(1-x2)/(1-x)2 = √(1-x2)/(1-x)
Voer nu dezelfde substititie uit als in de eerste functie en je bekomt als primitieve functie : -t - sin(t) = -Arc cos(x) - √(1-x2)
zondag 17 oktober 2004
©2001-2024 WisFaq
|