Integratie door substitutie
a) òdx/sinx b) ò(1+sin(2x))dx/sin2x Bij a heb ik nog wel een idee hoe ik moet beginnen, want de teller = 1 = sin2 (x/2) + cos2 (x/2) en de noemer = sin x = 2sin(x/2)cos(x/2)... Maar dan b... hulp gevraagd aub! Bedankt!
Elke
3de graad ASO - woensdag 4 februari 2004
Antwoord
Ook opgave b valt nogal mee. Je splitst de teller (som) en je krijgt als eerste deel een fundamentele integraal. In de tweede term pas je de formule voor de dubbele hoek toe en kun je vereenvoudigen. Dit leidt dan tot de fundamentele integraal van de vorm òdt/t.
woensdag 4 februari 2004
©2001-2024 WisFaq
|