Beste, ik geraak niet verder dan een foute veelterm op te stellen in dit vraagstuk. Een veelterm v(x) is deelbaar door x-1 en v(0)=-3. Bovendien is de rest bij deling van v(x) door x-4 gelijk aan 5. Bepaal de rest bij deling van de veelterm door x3-3x2-4x
Dus v(x)= (x-1)(x3-3x2-4x)? Alvast bedankt.
Phybe
2de graad ASO - zondag 1 september 2019
Antwoord
Je eigen antwoord is niet goed en dat kun je controleren door $v(0)$ te bepalen. Verder denk ik dat er een fout in de som zit; ik denk dat $v(x)$ deelbaar moet zijn door $x+1$. In dat geval gaat de oplossing als volgt: stel $$v(x)=q(x)(x^3-3x^2-4x)+r(x) $$dan geldt dat $r(x)$ graad ten hoogste $2$ heeft. Daarnaast geldt $-3=v(0)=r(0)$ (vul maar in aan de rechterkant. Ook geldt $v(4)=5$ ($v(x)=p(x)(x-4)+5$ en dan volgt $v(4)=5$) en dus ook $r(4)=5$. Ten slotte: $v(-1)=0$ (wegens deelbaarheid door $x+1$) en dus ook $r(-1)=0$. Door die drie waarden is $r(x)$ volledig bepaald.