Algebra

Analyse

Bewijzen

De grafische rekenmachine

Discrete wiskunde

Fundamenten

Meetkunde

Oppervlakte en inhoud

Rekenen

Schoolwiskunde

Statistiek en kansrekenen

Telproblemen

Toegepaste wiskunde

Van alles en nog wat


\require{AMSmath}

Meer haakjes erbij

Beste oplosser,

Het is nu voor mij nog ietsje lastiger geworden en er zijn nog meer haakjes erbij gekomen. Ik begrijp de vorige vragen helemaal maar nu kom ik er weer niet uit.

-3x-(8-4(3x-2))=2(5-(2x+9))-10

Ik begrijp de regels hierbij niet, welke moet ik er eerst uitwerken en wat moet ik vermenigvuldigen of optellen en aftrekken met wat.

Alvast hartelijk bedankt,

Jan

Jan
Leerling mbo - zondag 5 januari 2003

Antwoord

Hoi Jan,

Het is niet veel lastiger als de vorige opgave.
Ik zal stap voor stap mijn uitwerking opschrijven.
-3x - (8-4(3x-2)) = 2(5 - (2x + 9)) - 10
-4(3x - 2) uitwerken, door te distributiveren, in 't rechterlid -(2x + 9) uitwerken, want da's hetzelfde als verm. met -1
-3x - (8 - 12x + 8) = 2(5 - 2x - 9) - 10
Alles tussen de haakjes in 't linkerlid moet ´ (-1) en in 't rechterlid 2(5 - 2x - 9) distributiveren
-3x - 8 + 12x - 8 = 10 - 4x - 18 - 10
Onbekenden in één lid (linker), en bekenden in 't andere lid (rechter).
-3x + 12x + 4x = 10 - 18 - 10 + 8 + 8
Onbekenden bij elkaar optellen, evenals de bekenden
13x = -2
De x uitwerken, door links : 13 en rechts ook te : 13
x = -2/13

Groetjes,

Davy
maandag 6 januari 2003

©2001-2024 WisFaq