Dankje maar ik heb nog wel enkele bedenkingen bij 1) ik heb het helemaal uitgeschreven en nu kom ik op: 2. (b2+b2+b2+1) . (2b .(3+b2) = (6b2+2) . (6b+2b3) en hoe moet ik dan verder? 2) dus 5-i = 3 dan: is i= -3/5 ingevuld: C((-3/5)/5) . Ö(v)^(5+3/5) . 4^(-3/5) en dan?
verder zit ik nog verward met een ander oefeningetje: bewijs: C(1/n) + 2 C(2/n) + 3C(3/n)+...+ nC(n/n) = n.2^(n-1) met n(of gelijk aan)1 hoe begin ik hier aan:s
met vriendelijke groeten
Shari
3de graad ASO - zondag 22 november 2009
Antwoord
1. Inderdaad, dit is perfect. Schrijf het als : 4b(3b2+1)(3+b2) en vervang b door Ö(1+a2) en dus b2 door 1+a2
2. Als 5-i=3, dan is i=2 !!!!! Vermits i begint bij 0, is het dus de derde term.