Joost
Student universiteit - zondag 4 oktober 2009
Antwoord
Hallo
De functies "tan" en "arctan" zijn inverse functies.
x = tan(u) Û u = arctan(x)
In woorden : x is de tangens van de hoek (of de boog*) u Û u is de hoek (of de boog*) waarvan x de tangens is. (zie afbeelding beneden) * : de lengte van een boog = de overeenkomstige hoek in radialen