Ik ken de tangensregel: (a-b)/(a+b)=(tan(1/2(a-b)))/(tan(1/2(a+b))) Ik heb ook geprobeerd deze te bewijzen, wat me niet is gelukt. Hoe doe ik dit dan wel?
Marco
Leerling bovenbouw havo-vwo - maandag 17 maart 2008
Antwoord
Hallo
Ik geef eerst een variant op de sinusregel. In onderstaande driehoek A'BC, die rechthoekig is in B, geldt: sin A' = a/2R met R is de straal van de omgeschreven cirkel. Vermits de hoeken A en A' gelijk zijn (het zijn omtrekshoeken op dezelfde boog BC) geldt ook in de driehoek ABC dat sin A = a/2R
Dit is dus een variant op de sinusregel in een willekeurige driehoek.
Vervang nu in a-b/a+b: a = 2R.sin A en b = 2R.sin B
Deel 2R weg in teller en noemer. Volgens de formule van Simpson geldt sin A + sin B = 2.sinA+B/2.cosA-B/2 Doe dit ook voor sin A - sin B in de teller. En dan ben je er wel ...