Re: Re: Re: Bewijs oppervlakte vierhoek ABCD mbv sinus
Je schrijft: In een koordenvierhoek geldt ook nog dat AS·SC=BS·SD. Dit komt doordat ASD en BSD gelijkvormig zijn. Hun oppervlakten verhouden zich als AS2/BS2.
In een koordenvierhoek geldt: pq=AD·BC + AB·CD Oftewel: (AS+SC)·(DS+BS) = AD·BC + AB·CD Hoe bewijs je hieruit dan dat :AS·SC=BS·SD ?
Je bedoelt dat ASD en BSC gelijkvormig zijn, neem ik aan. Hoe bewijs je dan dat hun oppervlakten zich verhouden als AS2/BS2.
Herman.
Herman
Leerling bovenbouw havo-vwo - vrijdag 5 oktober 2007
Antwoord
Herman, ASD en (inderdaad) BSC zijn gelijkvormig. Uit die gelijkvormigheid volgt: AS/SD=BS/SC, of wel : AS·SC=SD·BS. (kruisvermenigvuldiging).
Als de zijden van twee vierkanten zich verhouden als a:b, dan verhouden hun oppervlakten zich als a2:b2. Dat geldt voor alle gelijkvormige figuren. Dus ook: AS en SB zijn overeenkomstige zijden van direhoek ASD en BSC. Vandaar dat hun oppervlakten zich verhouden als AS2:BS2.