Sorry, maar snap het nog niet. Bij de vergelijking: Ö(2x-1)=2+Ö(x-4) moet het antwoord 5 en 13 zijn. Hier kom ik niet op uit! Kunt u misschien deze vergelijking helemaal uitschrijven Nu nog een keer kwadrateren geeft: x²-18x+65=0. Hoe kom je aan die getallen? Alvast bedankt
Jannek
Leerling bovenbouw havo-vwo - donderdag 7 juni 2007
Antwoord
Ö(2x-1) = 2 + Ö(x-4) geeft na kwadrateren: 2x - 1 = 4 + 4Ö(x-4) + x-4 ofwel 2x - 1 = 4Ö(x-4) + x ofwel 4Ö(x - 4) = x - 1 en dat geeft na kwadrateren 16(x - 4) = x2 - 2x + 1 en dat levert dan ten slotte op x2 - 18x + 65 = 0 Uit (x - 5)(x - 13) = 0 volgen de twee oplossingen.
Omdat kwadrateren tot nep-oplossingen kan leiden, moeten de twee gevonden waarden in de oorspronkelijke vergelijking worden ingevuld. Als je dat doet, blijken ze beide te voldoen.