Tijdens een lange droogteperiode verdampt dagelijks 10% van het water in een vijver. Om het waterpeil niet te ver te laten zakken, voert men elke dag 500 m3 water toe. Aan het begin van de droogteperiode zit er 10.000 m3 water in de vijver.
De hoeveelheid water in de vijver komt niet beneden een grenswaarde. Onderzoek welke grenswaarde dat is.
De grenswaarde is 5000 m3. Dit antwoord heb ik gevonden door m.b.v. de formule u(n)=0,9·u(n-1)+500 met u(0)=10.000 resp. u(100), u(150) en u(300) te berekenen.
Het antwoordenboekje geeft als mogelijkheid om het gevraagde antwoord te berekenen: 0,1·grenswaarde=500. Waaruit / hoe kun je laatstgenoemde vergelijking afleiden?
Mvg,
RvdB
RvdB
Leerling bovenbouw havo-vwo - maandag 30 april 2007
Antwoord
Als de grenswaarde bereikt is dan dan verdampt er per dag evenveel als men per dag toevoegd. Dus 10 % van de grenswaarde = 500 m3