Gevraagd is: Bepaal een cartesiaanse vgl van het vlak p dat de rechte l met voorschrift 2x+y-3z = 5 x-y+4z = 1 omvat en loodrecht staat op het vlak a Û 7x-3y+5z+2 = 0
Hoe moet ik hier aan beginnen? Werk ik hier met normaalvectoren om te eisen dat de vlakken loodrecht op elkaar staan? Hoe kom ik tot een vgl van een vlak uit deze gegevens?
Graag een duwtje in de goede startrichting...
grtz
Elke
3de graad ASO - woensdag 1 maart 2006
Antwoord
Beste Elke,
Een vlak is bepaald door twee onafhankelijke richtingen en één extra punt. Bepaal van de rechte l de richting en een punt (zet l de bvb om in een parametervergelijking) en gebruik als tweede richting de normaal van het vlak a.