We moeten voor wiskunde een praktische opdracht maken en daarin moeten we de formulen voor het vermogen van windenergie verklaren (P=c·v3·D2). Hebben jullie enig idee hoe ze aan deze formule zijn gekomen?
Anke v
Leerling bovenbouw havo-vwo - vrijdag 9 december 2005
Antwoord
Je hebt de formule P=1/2mv2. De massa m van de lucht die per seconde door de molen blaast is afhankelijk van de luchtsnelheid en de oppervlakte van de molen, van v en D2 dus... dus zoiets als m=...·v·D2. Nu jij weer...