\require{AMSmath} Dit is een reactie op vraag 28126 Re: Recurrentie en volledige inductie hallo beste wiskundefaq,ik heb een opdracht opgekregen waar ik niet helemaal uitkom.5·34·(n+1)+1-22·(n+1)dit moet deelbaar zijn door 7..hoe maak ik deze som en wat is de oplossing,dank u jan Di Leerling mbo - donderdag 18 november 2004 Antwoord De genoemde uitdrukking is gelijk aan 1215.81n - 4.4n en wordt verondersteld deelbaar te zijn door 7. De waarde van n een eenheid verhogen geeft 81 [1215.81n] - 4 [4.4n] wat te schrijven is als 81 [1215.81n - 4.4n] + 77 [4.4n] De eerste term is deelbaar door 7 uit de inductiehypothese en de tweede term is deelbaar door 7 vanwege de factor 77. Nu nog verfieren dat n=1 een getal oplevert dat deelbaar is door 7 en klaar is Kees. cl zondag 21 november 2004 ©2001-2024 WisFaq
\require{AMSmath}
hallo beste wiskundefaq,ik heb een opdracht opgekregen waar ik niet helemaal uitkom.5·34·(n+1)+1-22·(n+1)dit moet deelbaar zijn door 7..hoe maak ik deze som en wat is de oplossing,dank u jan Di Leerling mbo - donderdag 18 november 2004
jan Di Leerling mbo - donderdag 18 november 2004
De genoemde uitdrukking is gelijk aan 1215.81n - 4.4n en wordt verondersteld deelbaar te zijn door 7. De waarde van n een eenheid verhogen geeft 81 [1215.81n] - 4 [4.4n] wat te schrijven is als 81 [1215.81n - 4.4n] + 77 [4.4n] De eerste term is deelbaar door 7 uit de inductiehypothese en de tweede term is deelbaar door 7 vanwege de factor 77. Nu nog verfieren dat n=1 een getal oplevert dat deelbaar is door 7 en klaar is Kees. cl zondag 21 november 2004
cl zondag 21 november 2004
©2001-2024 WisFaq