Beste, in elk geval bedankt voor de snelle hulp. De opgave was inderdaad verwant met de vorige
opgave 1 Voor de afstand neem je dan eigenlijk gewoon beide 'y-waarden' (van elkaar aftrekken)?
groetjes
Sabine
3de graad ASO - dinsdag 12 oktober 2004
Antwoord
Ik weet niet zeker wat je bedoelt met y-waarden. Ik zal er een voorbeeldje bijgeven
a = 1 + i b = 3 + 4i
Verschuif het lijnstuk ab zodat a op de oorsprong komt te liggen. Dat is dan hetzelfde als op beide punten de operatie '-a' toe te passen. Zo komt a op a'=a-a=0 te liggen en b op b'=b-a. De afstand tussen b' en a' is nu overduidelijk |b'-a'| en aangezien de verschuiving niks veranderd heeft aan de lengte van het lijnstuk is die ook gelijk aan |b-a|
De afstand tussen de a en b uit dit voorbeeld is gelijk aan |a-b| = |1+i-3-4i| = |-2-3i| = Ö13.
Teken ze eens in het complexe vlak om je hiervan te vergewissen, desnoods inclusief rechthoekszijden evenwijdig met de coordinaatsassen om Pythagoras-stuk te "zien".