Er zijn 5 partijen met elk 100 machineonderdelen. In elk van deze partijen is 20% van de onderdelen ondeugdelijk. Controleur A neemt een steekproef door uit elke partij 1 onderdeel te trekken. a) Bereken de kans dat van de getrokken 5 onderdelen er precies 2 ondeugdelijk zijn.
Controleur B doet het anders. Zij doet de 5 partijen bij elkaar en neemt daarna uit de 500 onderdelen 5 exemplaren. Ze beweert dat dat niets uitmaakt.
b) ga na of zij gelijk heeft door ook in dit geval de kans te berekenen dat er precies twee ondeugdelijke exemplaren in de steekproef zitten.
Alvast bedankt, groeten
tommy
Leerling bovenbouw havo-vwo - donderdag 10 juni 2004
Antwoord
Hallo Tommy,
Bij vraag a) is de kans =(5 boven 2)*0,22.0,83=0,2048 Bij vraag b) is de kans =(100 boven 2).(400 boven 3)/(500 boven 5)0,2053
Deze twee kansen zijn dus niet gelijk.Wanneer je de kansen in een of twee decimalen nauwkeurig moet berekenen dan maakt het niets uit.