Ik aarzelde inderdaad (en eigenlijk nu nog) en wel om het volgende: neem b.v. de x-as (y=0), dan gaat de vergelijking ax+by+c=0 over in: ax+c=0 Neem nu b.v. 2 punten op de x-as: (3,0) en (2,0) dan krijgt men het volgende: 1) 3a+c=0 2) 2a+c=0 en daaruit volgt dan weer: a=0 en c=0 En nu gaat de vergelijking ax+by+c=0 over in by=0 en dat klopt dus nog steeds. Maar dat betekent eigenlijk toch dat b onbepaald is, want y=0, met andere woorden b kan alle waarden hebben. En U stelt dat b=1 Hetzelfde geldt ook voor de y-as (x=0) En U stelt dan a=1. Zie ik dit verkeerd en zo ja wat doe ik dan mis? Overigens geloof ik Uw oplossing zeer zeker. In ieder geval nog bedankt voor Uw snelle antwoord! Groetjes !
J. Vri
Iets anders - maandag 15 december 2003
Antwoord
b is inderdaad onbepaald. Maar vergeet niet dat er genormeerd wordt (vandaar ook de naam) door te delen door Ö(a2+b2). Dat normeren houdt in dat alleen de onderlinge verhouding van a en b van belang is, en niet hun afzonderlijke waarden. (Merk bvb op dat (coeff x)2+(coeff y)2 altijd gelijk is aan 1). In het geval van de x-as komt er bijvoorbeeld:
b/Ö(b2) y = 0
Dat komt overeen met y=0 voor positieve b, en -y=0 voor negatieve b. Daar zit dus wel nog een kleine dubbelzinnigheid (welke is nu DE normaalvergelijking?), die niet door de definitie van normaalvergelijking lijkt te worden opgelost.