|
|
\require{AMSmath}
Re: Toelatingsexamen burgerlijke ingenieur
RG van AB : (1,3,2) co(M) van AB : (3/2,3/2,0) RG van BC : (-2,-1,-4). co (M) van BC : (2,5/2,-2/3) vgl van het middlloodvlak van AB : x+3y+2z= 6 '' '' '' BC: -2X-y-4z= -23/6 vanuit die twee vgl kan ik de vgl van de snijlijn vinden: RG van de snijlijn : (2,0,1) x= 3/2+ 2r y= 3/2 z= r
daarna heb ik de vgl van het vl(ABC) gevonden m.b.v 3 punten A,B,C B= -10x+5Z+15 =0
en daarna de afstand van een punt tot een vlak
d(p,B)= (-10 (3/2+2r)+5*r+15)√25+100 =√5 en dan krijg ik voor r = -5/3
dus
co(p) = (-11/6,3/2,-5/2)
is dat correct? want ik heb helemaal een andere antwoord dan het boek. Graag wil ik weten wat er fout ging?
Op boek staat er co(p) = (151/50,23/10,-98/50) en (-49/50,23/10,1/25)
k
Student universiteit België - donderdag 27 februari 2020
Antwoord
Het boek is meestal correct. Eens opnieuw door je eigen berekeningen gaan kan nooit kwaad. Het midden van $[BC]$ klopt niet, en dus ook het corresponderende middelloodvlak niet. Je definieert trouwens twee verschillende punten met naam M - let hiermee op.
Vreemd is wel dat het boek twee oplossingen geeft, terwijl de vraag enkel om een punt P ging.
js2
|
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
donderdag 27 februari 2020
|
|
home |
vandaag |
bijzonder |
gastenboek |
statistieken |
wie is wie? |
verhalen |
colofon
©2001-2024 WisFaq - versie 3
|