De digitale vraagbaak voor het wiskundeonderwijs

home |  vandaag |  gisteren |  bijzonder |  gastenboek |  wie is wie? |  verhalen |  contact

HOME

samengevat
vragen bekijken
een vraag stellen
hulpjes
zoeken
FAQ
links
twitter
boeken
help

inloggen

colofon

  \require{AMSmath} Printen

Liggen de punten op die rechte

Beste

Na berekenen van vectoriele vergelijking kwam ik deze 2A+B-C-2kA+2kB+3kC als uitkomst.

Mijn vraag ik nu als ik nu wil weten of de punten vab 8C-4A+7B op de rechte liggen hoe ga ik dan te werk?

Als k beide vergelijkingen met elkaar gelijk stel

8C-4A+7B = 2A+B-C-2kA+2kB+3kC

Lukt het mij nog steeds niet om een k=3 te krijgen als antwoord wat op mijn oplossing staat.

Graag zou ik weten hoe ik er aan kan komen. Of heb ik het verkeerd begrepen?

Met vriendelijke groeten

Amber
3de graad ASO - zaterdag 19 oktober 2019

Antwoord

Hallo Amber,

Sorteer je uitdrukkingen:

(2-2k)A + (1+2k)B + (-1+3k)
en
-4A + 7B + 8C

Deze laatste punten liggen op de rechte wanneer alle drie de coëfficiënten overeenkomen, dus als deze vergelijkingen alle drie kloppen:

2-2k = -4
1+2k = 7
-1+3k = 8

Alle drie de vergelijkingen leveren op: k=3, dus bij deze waarde van k liggen de punten op de rechte.

Wie is wie?
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
zaterdag 19 oktober 2019



home |  vandaag |  bijzonder |  gastenboek |  statistieken |  wie is wie? |  verhalen |  colofon

©2001-2024 WisFaq - versie 3