Beste
Na berekenen van vectoriele vergelijking kwam ik deze 2A+B-C-2kA+2kB+3kC als uitkomst.
Mijn vraag ik nu als ik nu wil weten of de punten vab 8C-4A+7B op de rechte liggen hoe ga ik dan te werk?
Als k beide vergelijkingen met elkaar gelijk stel
8C-4A+7B = 2A+B-C-2kA+2kB+3kC
Lukt het mij nog steeds niet om een k=3 te krijgen als antwoord wat op mijn oplossing staat.
Graag zou ik weten hoe ik er aan kan komen. Of heb ik het verkeerd begrepen?
Met vriendelijke groetenAmber
19-10-2019
Hallo Amber,
Sorteer je uitdrukkingen:
(2-2k)A + (1+2k)B + (-1+3k)
en
-4A + 7B + 8C
Deze laatste punten liggen op de rechte wanneer alle drie de coëfficiënten overeenkomen, dus als deze vergelijkingen alle drie kloppen:
2-2k = -4
1+2k = 7
-1+3k = 8
Alle drie de vergelijkingen leveren op: k=3, dus bij deze waarde van k liggen de punten op de rechte.
GHvD
19-10-2019
#88612 - Lineaire algebra - 3de graad ASO