De digitale vraagbaak voor het wiskundeonderwijs

home |  vandaag |  gisteren |  bijzonder |  gastenboek |  wie is wie? |  verhalen |  contact

HOME

samengevat
vragen bekijken
een vraag stellen
hulpjes
zoeken
FAQ
links
twitter
boeken
help

inloggen

colofon

  \require{AMSmath} Printen

Re: Derdegraadsvergelijkingen en snijpunten met de x-as

 Dit is een reactie op vraag 36198 
Hallo Christophe,

Dank je wel dat je mijn vraag al zo snel beantwoord hebt. Ik snap alleen niet wat een extremum is en hoe je deze berekent. (Ik zit in 4vwo, en we hebben dit nog niet gehad met wiskunde...)

Jannek
Leerling bovenbouw havo-vwo - vrijdag 1 april 2005

Antwoord

Oei, dan wordt dat wel nogal lastig om direct aan een vorm ax3+bx2+cx+d te zien hoeveel snijpunten er zijn met de x-as.

Er bestaat wel een rechtstreekse formule, dus een waar je gewoon de coefficienten a,b,c,d moet insteken en die je dan vertelt hoeveel nulpunten er zijn... maar dat werkt met de discriminant van een derdegraadsfunctie, dus dat zal je dan zeker niet gezien hebben.

Ik vrees dat er geen eenvoudiger manieren bestaan om je vraag te beantwoorden...

Christophe.

PS als je echt dat 'magische formuletje' wil kennen: als je functie gegeven wordt door ax3+bx2+cx+d, bereken dan
D = (b2c2-4db3-4c3a+18abcd-27a2d2)/a4
- Als deze D kleiner is dan nul heb je drie snijpunten.
- Als deze D groter is dan nul heb je één snijpunt.
- Als D nul is en bc=9ad dan heb je één snijpunt.
- Als D nul is en bc¹9ad dan heb je twee snijpunten.
Staat wel mooi in een werkstuk, maar het komt wel nogal uit de lucht gevallen natuurlijk.

Aanpassing na reactie: de gevallen D<0 en D>0 dienen omgewisseld te worden.

Christophe
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
vrijdag 1 april 2005
 Re: Re: Derdegraadsvergelijkingen en snijpunten met de x-as 



home |  vandaag |  bijzonder |  gastenboek |  statistieken |  wie is wie? |  verhalen |  colofon

©2001-2024 WisFaq - versie 3