De normale verdeling is een continue kansverdeling. Kansverdelingen waarbij een continue variabele een rol speelt komen veel voor. Als je bijvoorbeeld kijkt naar het gewicht van een pak koffie van een bepaald merk, of naar de gemiddelde opbrengst van een hectare grond of naar de lengte van een groot aantal personen dan heb je steeds te maken met een continue kansverdeling.
Bij veel discrete kansverdelingen wordt vaak gedaan alsof ze continu zijn, vooral bij grote aantallen.
Een paar eigenschappen van een normale verdeling:
Voor een normale dichtheidskromme is het mogelijk de standaarddeviatie op het oog te schatten. De afstand van het buigpunt tot het centrum (gemiddelde en mediaan) is namelijk de standaarddeviatie.
Hierboven zie je de standaardnormale verdeling.
Hierbij is de verwachtingswaarde $\mu$ gelijk aan 0 en de standaarddeviatie ($\sigma$) gelijk aan 1. Met de standaardnormale verdeling en een tabel kun je allerlei uitspraken doen over alle normale verdelingen.
Om bij een willekeurige normale verdeling uitspraken te kunnen doen gebruik je meestal een tabel van de standaardnormale verdeling. Dat is een normale verdeling met een gemiddelde van 0 en een standaarddeviatie van 1. In de zo'n tabel kun je voor een willekeurige z-waarde (de horizontale as in bovenstaande grafiek) de bijbehorende waarde voor $\phi$ (fie!) vinden.
$\phi$(z) is de oppervlakte onder de kromme die hoort bij de waarde van z.
Hier is z = 1,25 en $\phi$(1,25) = 0,8944
Dat betekent dat 89,4% van de gegevens een z-waarde heeft lager dan 1,25.
Om van een normale verdeling een standaardnormale verdeling te maken kun je een waarde (x) omrekenen naar een standaardnormale waarde (z).
Hierbij gebruik je de formule:
$z=\Large\frac{x-\mu}{\sigma}$
Hierbij is $\mu$ de verwachtingswaarde en is $\sigma$ de standaarddeviatie.
Van een grote groep leerlingen berekenen we het gemiddelde rapportcijfer voor wiskunde. De rapportcijfers hebben een gemiddelde van 5,6 en een standaarddeviatie van 1,5. We nemen aan dat de rapportcijfers normaal verdeeld zijn.
Op pakjes margarine staat meestal 250gr e. Dit betekent dat volgens Europese norm niet meer dan 5% van die pakjes minder dan 250 gram mag bevatten.
Op deze pagina kan je een aantal lesbrieven vinden: