\require{AMSmath}
WisFaq - de digitale vraagbaak voor wiskunde en wiskunde onderwijs


Printen

Jongens en meisjes en andere telproblemen

ter voorbereiding van een overhoring had ik graag geweten hoe je volgende 2 vragen oplost.

1) Op hoeveel manieren kunnen 7 meisjes en 2 jongens naast elkaar plaatsnemen als er tussen 2 jongens, juist 3 meisjes moeten zitten.

2) Op hoeveel manieren kan men uit een spel van 52 kaarten, 4 kaarten nemen als er ten hoogste één harten mag bij zijn.

voor het eerste heb ik totaal geen idee en bij het tweede dacht ik aan het complement maar echt vlotten doet het niet.

bedankt,

pieter
3de graad ASO - zaterdag 24 januari 2004

Antwoord

HINTS!

1.
Er zijn 9 plaatsen
_ _ _ _ _ _ _ _ _

Steeds 2 jongens met drie meisjes er tussen:

j m m m j m m m m
m j m m m j m m m
m m j m m m j m m
m m m j m m m j m
m m m m j m m m j

..en dan houdt het wel een beetje op. Op hoeveel manieren kan je steeds de 2 jongens en 7 meisjes verdelen over deze 5 verschillende volgorden?

2.
Op hoeveel manieren kan je 4 kaarten nemen uit 52 zonder harten? En hoeveel met 1 harten? Samen is dat dan ten hoogsten 1 harten.

Zie Klaverjassen.

Zou het zo lukken?


zaterdag 24 januari 2004

©2001-2024 WisFaq