Als je werpt met twee dobbelstenen, wat is dan de kans om een dubbel aantal ogen of meer dan 9 te gooien?
A=dubbel{(1,1),(2,2),(3,3),(4,4),(5,5),(6,6)} B= >9 {(4,6),(5,5),(5,6),(6,4),(6,5),(6,6)} A doorsnede B ={(5,5),(6,6)}
P(dubbel meer dan 9)= ??
Geert
Student universiteit - zondag 26 mei 2002
Antwoord
De standaard aanpak is om in een tabel de mogelijkheden te zetten en te tellen welke mogelijkheden er aan voldoen.
Er zijn in totaal 36 mogelijkheden. 6 mogelijkheden voor dubbel en 6 mogelijkheden meer dan 9, waarbij er 2 mogelijkheden dan dubbel voorkomen. Dus 6+6-2=10 mogelijkheden die voldoen. P(dubbel of meer dan 9)=10/36