|
|
\require{AMSmath}
Bepaal de intervallen?
Hey!
Ik weet niet hoe je deze vraag moet oplossen:
Bepaal de intervallen waarop elk van de volgende stijgende functies zijn en de intervallen waarop ze dalende functies zijn.
(a) f(x) = -3x3 +3x2 +9x +5 ze zeggen dan dat f'(x) = -3x2 +6x +9 = -3(x+1)(x-3), maar hoe komen ze eraan?
de kritsche waarden zijn dan x= -1 en x= 3
Hetzelfde voor (b) f(x) = (x-2)3 (c) f(x) = (x-1)3(x-2) hoe kan je aan de kritische waarden komen?
Alvast heel erg bedankt!
......
Lisa
Student Hoger Onderwijs België - dinsdag 13 januari 2015
Antwoord
De afgeleide van -3x3+3x2+9x+5 is gelijk aan -9x2+6x+9 dus daar gaan 'ze' al de fout in...
Voor de rest gaat het bij stijgen om de intervallen waarbij f'(x)$>$0 en bij dalen om f'(x)$<$0.
Dus afgeleide bepalen, nulpunten van de afgeleide bepalen en maak een tekenverloop van de afgeleide.
Voorbeeld b f(x)=(x-2)2 f'(x)=2(x-2)=2x-4
f'(x)=0 voor 2x-4=0 en dat geeft x=2. Links van x=2 is f'(x)$<$0 dus f dalend. Recht van x=2 is f'(x)$>$0 dus f stijgend.
Lukt dat zo?
|
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
dinsdag 13 januari 2015
|
|
home |
vandaag |
bijzonder |
gastenboek |
statistieken |
wie is wie? |
verhalen |
colofon
©2001-2024 WisFaq - versie 3
|