De digitale vraagbaak voor het wiskundeonderwijs

home |  vandaag |  gisteren |  bijzonder |  gastenboek |  wie is wie? |  verhalen |  contact

HOME

samengevat
vragen bekijken
een vraag stellen
hulpjes
zoeken
FAQ
links
twitter
boeken
help

inloggen

colofon

  \require{AMSmath} Printen

Exponentiële groei

In een laboratorium vindt een expiriment plaats met vliegen. Vanaf t=0 wordt het aantal vliegen N gegeven door de formule N=220·1,244-3t. Hierin is de tijd in weken.
  1. Bereken in twee decimalen nauwkeurig de groeifactor per dag.
  2. teken de grafiek van N voor 0t8
  3. Hoeveel dagen na t=0 is het aantal vliegen nog maar 10% van de oorspronkelijke hoeveelheid?

Tongab
Leerling bovenbouw havo-vwo - maandag 10 februari 2003

Antwoord

Een vraag over exponentiële groei, met de afgeleide functie heeft het niets te maken.
  1. De groeifactor per dag vind je door de beginhoeveelheid en de hoeveelheid vliegen na 1 dag te berekenen. Dit geeft
    N(0)=520.13 en N(1/7)=474.32.
    De groeifactor per dag is N(1/7)/N(0)1,10

  2. Gebruik een tabel met de GR; voer hiervoor in Y1=220*1.24^(4-3X).

  3. 10% van N(0) is 52,013. Plot de lijn met vergelijking Y2=52.013 en bepaal het snijpunt met behulp van CALC, 5: intersect.
    Let wel op, de x-waarde die je dan vindt is de tijd in weken.

Wie is wie?
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
maandag 10 februari 2003



home |  vandaag |  bijzonder |  gastenboek |  statistieken |  wie is wie? |  verhalen |  colofon

©2001-2024 WisFaq - versie 3